maandag 23 mei 2011

Geraken we dat niet gewoon, géén federale regering?

Over enkele weken, op 13 juni 2011, is het precies een jaar geleden dat we met z’n allen een nieuw federaal parlement verkozen, met ingrijpend gewijzigde krachtsverhoudingen.  Sindsdien zijn er vele moeizame pogingen ondernomen om een nieuwe federale regering te vormen.  Sommige met veel show en weinig resultaat.  Andere in alle stilte, met meer inhoudelijk gewicht, maar zonder akkoord tussen de tenoren.

Geraken we dat eigenlijk niet gewoon, géén federale regering?

Paradoxaal genoeg lijkt ons land het beter te doen zonder federale regering (of eentje in lopende zaken) dan met een federale regering die over de volheid van bevoegdheid beschikt.  De begrotingsprognoses zijn beter dan verwacht, de lopende uitgaven lijken onder controle, de investeringsuitgaven zijn tot het strikte minimum teruggeschroefd, de slaande ruzies tussen de regeringspartners blijven binnen de perken, het consumentenvertrouwen stijgt, de Vlaamse regering kan gewoon verder regeren op heel wat domeinen die mensen rechtstreeks aanbelangen, de provincies en de steden en gemeenten kunnen ongehinderd hun beleidsplannen uitvoeren.   Is zo’n federale regering dan wel nodig?  En om wat te doen, dan?

Wellicht kunnen we toch niet tot in de eeuwigheid blijven rekenen op een ontslagnemende regering die er, met beperkte vleugelslag, alles aan doet om de federale staat in de interimperiode zo goed mogelijk te beheren, zonder echte bestuurskracht te hebben.

De kunstmatige coma waarin de federale regering nu haast een jaar verkeert, heeft niet alleen de patiënt, maar ook de chirurgen, de verpleegsters én de toeschouwers kennelijk volledig verdoofd. 

Een nieuwe federale regering is wel degelijk noodzakelijk om een aantal vitale overheidstaken op te nemen en uit te voeren, die niet alleen van levensbelang zijn voor het goed functioneren van ‘het land’, maar ook voor de welvaart en het welzijn van iedere individuele inwoner van de federale staat of, als men dat liever hoort, voor alle Vlamingen, Walen en Brusselaars (zonder de Duitstaligen te vergeten).

Als federaal land leven we niet in een mundiaal vacuüm waar we eindeloos tactische spelletjes kunnen blijven spelen tot er iemand de pokertafel verlaat.  Na Standard & Poor’s heeft recent ook het toonaangevende ratingbureau Fitch onze kredietwaardigheid gewijzigd van ‘stabiel’ naar ‘negatief’.  Op korte termijn heeft dat niet onmiddellijk gevolgen.  Op langere termijn kunnen de gevolgen evenwel catastrofaal zijn: als ons land op internationaal vlak zijn kredietwaardigheid verliest omwille van de aanslepende regeringscrisis en de daarmee verbonden instabiliteit, kan dat grote gevolgen hebben op financieel en economisch vlak.  Vraag het maar eens aan de Grieken, de Ieren, de Portugezen en de Spanjaarden.  Duurdere leningen op de internationale markt en speculatie tegen Belgische producten of diensten, zetten een negatieve spiraal in beweging, die bijzonder nadelig is voor de economische ontwikkeling en dus voor de welvaart van àlle onderdanen. 

Als christendemocraat ben ik bevreesd voor een dergelijke financieel-economische meltdown.  Indien we ons als verantwoordelijke bestuurders willen gedragen die bekommerd zijn om de solidariteit tussen de generaties, dan moeten we ervoor zorgen dat we geen loodzware schulden op de schouders van onze kinderen en kleinkinderen leggen door hen op te zadelen met lasten die we hadden kunnen vermijden.  Een federale regering is nodig om een efficiënt financieel beleid te voeren dat enerzijds de nodige middelen voorziet om essentiële taken te kunnen vervullen en dat anderzijds voldoende bespaart om de schuldensneeuwbal te stoppen.

Eén essentiële taak in dat verband is ongetwijfeld het betaalbaar houden van ons pensioenstelsel.  Als christendemocraat vind ik het onaanvaardbaar dat de noodzakelijke beleidskeuzes die op dit vlak gemaakt moeten worden, al zo lang vooruitgeschoven zijn, eerst uit politiek opportunisme en alcoholische euforie van een minister die geen onpopulaire maatregelen dufde te treffen, en nadien door het eindeloos aanslepen van de regeringsonderhandelingen.

Ons land heeft dringend behoefte aan een ander asielbeleid.  Als klein land in een grote internationale gemeenschap, moeten we onze solidariteit betonen met achtervolgde, radeloze mensen die uit hun land verdreven zijn en die nergens meer heen kunnen.  We moeten ons hart laten spreken en gastvrij zijn.  Maar als klein land kunnen we niet het leed van de hele wereld opvangen.  Mensen die, volgens het internationaal recht en volgens de afspraken binnen de hele Europese Unie, niet in aanmerking komen voor asiel, en die vaak zelf het slachtoffer zijn van mensenhandel en gewetenloze woekeraars, mogen niet langer de illusie opgedrongen krijgen dat ze bij ons ‘terecht kunnen’ via allerhande illegale circuits, via het niet respecteren van uitwijzingsbevelen en via het eindeloos herhalen van procedures die niet langer hun rechten beschermen, maar hun illegaliteit bestendigen.  Als christendemocraat ga ik uit van de unieke waarde en waardigheid van elke menselijke persoon en wil ik streven naar een rechtvaardige verdeling van kansen en middelen voor alle mensen op onze aardbol.  Daarom ben ik voorstander van de volwaardige opvang van asielzoekers die op objectieve basis en in verhouding tot onze draagkracht, tot ons grondgebied worden toegelaten en die vervolgens de kans krijgen om zich te integreren in onze samenleving en om zich maximaal persoonlijk te ontplooien.  Anderzijds vind ik het even noodzakelijk dat er actieve steun wordt verleend aan de ontwikkelingslanden, om ervoor te zorgen dat deze mensen hun land en hun huis niet moeten ontvluchten om elders hun geluk te zoeken.  Maar het asielbeleid (?) zoals het nu op het terrein vorm krijgt, schiet in al te veel opzichten tekort én ondergraaft het draagvlak voor een aanvaarde integratie van asielzoekers die alle kansen tot integratie moeten krijgen.

De federale staat moet dringend sleutelen aan de structuur en de werking van justitie.  Geen enkel sociaal systeem houdt stand indien de leden ervan niet de overtuiging hebben dat er bij conflicten een onafhankelijke en faire rechter optreedt, die tijdig, efficiënt en op objectieve gronden, schuld of onschuld bepaalt en een straf uitspreekt.  Dat rechtvaardigheidsgevoel is de laatste decennia geërodeerd, omdat de noodzakelijke hervormingen en moderniseringen uitblijven.  Als christendemocraat vind ik het ergerlijk dat de belangrijke hervormingen die justitieminister De Clerck had voorbereid, door de voortijdige val van de regering-Leterme niet tot uitvoering zijn gekomen en dat er ook nog geen nieuwe regering is die de cruciale methodes en middelen mobiliseert om het justitiesysteem te laten werken zoals het hoort.

Natuurlijk kan er niet ‘zo maar’ een nieuwe federale regering worden gevormd, zonder een grondige staatshervorming en zonder een nieuw federaal model dat solidariteit combineert met responsabilisering, dat overdrachten transparant en omkeerbaar maakt, dat komaf maakt met misbruiken en consumptiegedrag zonder corresponderende verantwoordelijkheid.  Dat weten we en daarover zijn we het – op Vlaams niveau althans – eens.  Maar de moeilijke institutionele hervorming kan, na een jaar verkennen, verduidelijken, vertragen en verdagen, geen excuus zijn om de essentiële taak te ontlopen die volgt nà een verkiezing: nl. een regering vormen en beleid voeren. 

De grote overwinnaars van de verkiezingen van (bijna) een jaar geleden, moeten nu aantonen uit welk hout ze gesneden zijn.  Het volstaat niet de verkiezingen te winnen.  Men moet het vertrouwen dat men gekregen heeft ook kunnen omzetten in daadkracht en beleid.  Daartoe is een compromis noodzakelijk.  De verliezers van de federale verkiezingen kunnen in dat verband suggesties doen en constructieve voorstellen voorleggen.  Maar de locomotief moet getrokken worden door N-VA en PS.

Wie uit politiek-tactische of electoraal-strategische overwegingen de deuren naar een eerbaar compromis sluit, zal niet eindeloos op begrip van de goegemeente kunnen blijven rekenen.  Zodra de politieke crisis een financiële of economische crisis uitlokt, komen de welvaart en het welzijn van vele miljoenen mensen in het gedrang.  Of men dan nog zal blijven applaudisseren, is zeer de vraag.

Als christendemocraat ben ik fier op de bijdrage die onze voorzitter, Wouter Beke, heeft geleverd tot het uitklaren van een aantal belangrijke facetten van de financieringswet, het BHV-dossier, het arbeidsmarktbeleid en de gezondheidszorg.  Hij heeft het compromis niet kunnen forceren, dat is waar.  Maar dat was ook zijn taak niet.  Hij heeft, samen met anderen, het voorbereidend werk gedaan.  Na 11 maanden zijn alle pistes nu wel stilaan verkend.  Het is nu aan de hoofdrolspelers om met de beschikbare elementen het werkstuk te voltooien.

vrijdag 13 mei 2011

Zone voor plaatselijk verkeer in Everberg

In het centrum van Everberg wordt een zone voor plaatselijk verkeer ingevoerd, omdat daar vanaf volgende maandag (16/05) ingrijpende infrastructuurwerken starten, waardoor de doorgang in verschillende straten niet op elk moment kan worden verzekerd.  Afwisselend zullen straten wel en niet toegankelijk zijn en daardoor is het een dwingende noodzaak om verkeer dat er geen bestemming heeft, te weren uit het centrum van Everberg.

Deze regeling is nieuw, omdat voor het eerst gebruik wordt gemaakt van een ‘zonebord’ voor plaatselijk verkeer.  Normaal wordt zo’n bord voor plaatselijk verkeer voorzien in één straat.  Indien we dat hadden toegepast, dan was de doorgang voor bestemmingsverkeer in Everberg zo goed als onmogelijk gemaakt.  Nu gaat het om een hele zone waarbinnen lokaal verkeer toegelaten is.   De regeling is helder en gebruiksvriendelijk in die zin dat iedere bestuurder die een bestemming heeft in de afgebakende zone, zonder enig probleem doorgang krijgt.  Mensen die er wonen, die hun kind naar school willen brengen, die er naar de apotheek of de dokter moeten gaan, die een pint willen gaan drinken op Het Pleintje, die in de feestzaal of de parochiezaal moeten zijn, enz. mogen met hun voertuig in deze zone rijden.

Mensen die geen directe bestemming hebben in deze zone (en die bv. van Meerbeek naar Kortenberg willen rijden), moeten de logische verbindingswegen gebruiken, nl. de Wijngemhofstraat en de N2.

Het heeft immers tijdens deze ingrijpende werken geen zin dat we mensen tot het centrum van Everberg laten doorrijden, waar ze dan vaak zullen moeten vaststellen dat de doorgang versperd is, waardoor ze toch zullen moeten terugkeren en de weg volgen die ze van bij het begin hadden moeten nemen.

Bij de invoering van deze verkeersregeling zal aan passanten duidelijk worden gemaakt waarom de regeling wordt ingevoerd en wat van hen precies verwacht wordt.  Wie nadien nog zonder reden het centrum van Everberg binnenrijdt, zal geverbaliseerd worden.

Bij de afbakening van een dergelijke zone voor plaatselijk verkeer, is er natuurlijk wel een comfortprobleem voor inwoners die nét buiten de zonering wonen.  Indien deze inwoners zich toch binnen de zone voor plaatselijk verkeer willen begeven, zullen ze er een bestemming moeten kunnen aantonen.  Als dat niet het geval is, zullen ze – zoals de andere weggebruikers – in principe moeten omrijden.

De praktijk zal de komende dagen en weken aantonen in welke mate de huidige zonering effectief en efficiënt is.

donderdag 5 mei 2011

centrum van Everberg wordt geherwaardeerd

Half mei starten in het centrum van Everberg belangrijke infrastructuurwerken, die tot doel hebben dit mooie dorpscentrum te herwaarderen, de verkeersveiligheid te verhogen en het sluipverkeer tegen te gaan.

De werken zullen in drie fasen worden uitgevoerd: eerst de Blokstraat/Gemeentehuisstraat, daarna de Wolvestraat/Twee Leeuwenstraat en ten slotte de Annonciadenstraat/Dalemstraat.  Iedere fase zal twee tot drie maanden in beslag nemen.  Het geheel moet afgerond zijn tegen november 2011.

Tijdens deze werken zal voor het centrum van Everberg een “zone voor plaatselijk verkeer” worden ingesteld, waardoor alleen inwoners én bezoekers (o.m. van de school en de handelszaken) binnen deze zone doorgang krijgen.  Concreet betekent dit dat wie een bepaalde bestemming heeft binnen deze zone, er met een voertuig doorkan en ander verkeer niet.  Er wordt voor de nodige signalisatie gezorgd op de invalswegen en de politie zal regelmatig controle uitoefenen op de naleving van dit lokale bestemmingsverkeer.

Indien deze zone voor plaatselijk verkeer een probaat middel blijkt te zijn om het sluipverkeer te weren, kan ze mogelijk worden bestendigd.

Na afronding van de infrastructuurwerken zal een nieuwe verkeersregeling van kracht worden.  Hierover is de laatste maanden flink wat inkt en speeksel gevloeid. Het college van burgemeester en schepenen heeft nu een definitieve verkeersregeling uitgewerkt die zo nauw mogelijk aansluit bij de resultaten van de bewonersenquête en bij de terechte bekommernis om de schoolomgeving zo veilig mogelijk te maken, maar die ook de hinder voor de omliggende straten voor de inwoners van Everberg zo veel mogelijk beperkt.

Het college van burgemeester en schepenen heeft daarom beslist om tijdsgebonden éénrichtingsverkeer in het ‘schoolgedeelte’ van de Annonciadenstraat in te voeren op die momenten waarop het voor de school nodig is: namelijk bij het begin en het einde van de schooldag. Op andere momenten heeft de Annonciadenstraat, zoals dat nu het geval is, tweerichtingsverkeer.

Dit betekent concreet dat bij het begin en het einde van elke schooldag - op woensdagen dus rond het middaguur - de Annonciadenstraat door middel van variabele, elektronisch oplichtende verkeersborden,  een enkelrichtingsdoorgang krijgt in de richting van Meerbeek. Het verkeer richting Kortenberg zal op die momenten tijdelijk afgeleid worden naar de Wolvestraat. Fietsers kunnen de Annonciadenstraat wel steeds in de twee richtingen volgen. De rest van de dag, tijdens het weekend, op feestdagen en tijdens de schoolvakanties, is de Annonciadenstraat in beide richtingen toegankelijk.

Het huidige aanbod aan verkeerstechnologie leent zich ertoe deze regeling in de praktijk te brengen. Door het symbool van een verbodsbord C1 aan te brengen op een elektronisch verkeersbord in de Annonciadenstraat ter hoogte van de Wolvestraat, licht de signalisatie enkel op bij de ingestelde tijden.

De invoering van een tijdsgebonden slimme verkeersregeling zal, in combinatie met de maatregelen om het sluipverkeer zo veel mogelijk te beperken, zorgen voor een vlotte en veilige circulatie in heel Everberg centrum, zowel in de schoolomgeving als in de omliggende straten. Informatie over de specifieke regeling van De Lijn na afronding van de werkzaamheden zal later volgen.

dinsdag 3 mei 2011

Met (gemeente)raad en daad - mei 2011

Elke maand worden in de gemeenteraad beslissingen genomen die een invloed hebben op het leven van elke dag.  Sommige onderwerpen zijn gortdroog en erg technisch.  Andere spreken dadelijk tot de verbeelding. Omdat niet iedereen de kans (of de tijd) heeft om elke maand naar de gemeenteraad te komen, vind je hier meer informatie over de markantste beslissingen.  Zo kwamen in Kortenberg op de raad van 2 mei 2011 o.m. de volgende punten aan de orde:

Plaatsvervanging in de GECORO

In de GECORO (Gemeentelijke commissie voor Ruimtelijke Ordening) wordt Paul van Leest als vertegenwoordiger van Natuurpunt vervangen door Maarten Vandervelpen.  Paul van Leest blijft wel plaatsvervanger.

 Kapitaaloperatie bij Iverlek

Op voorstel van schepen van financiën Paul Goeminne (CD&V), keurde de gemeenteraad een kapitaaloperatie bij Iverlek goed,  waarbij de kapitaalstructuur van deze distributienetbeheerder van gas en elektriciteit wrodt geoptimaliseerd.   De privéaandeelhouder zal geleidelijk aan de kapitaalinbreng verminderen, waardoor de openbare besturen op termijn een grotere vergoeding zullen krijgen.

Gezamenlijke aankoop van gas en elektriciteit

In maart 2011 keurde de gemeenteraad reeds een regeling goed, waarbij het gemeentebestuur en het OCMW gezamenlijk gas en elektriciteit aankopen.  Nu sluit ook de politiezone Herko bij deze gezamenlijke aankoop aan.  Door de schaalgrootte van het samenwerkingsverband, kunnen nu alle deelnemers genieten van een gunstiger tarief.

Subsidies voor Woonwijzer Midden Brabant

De gemeente Kortenberg maakt sinds kort deel uit van het samenwerkingsverband ‘Woonwijzer Midden Brabant’.   Hiermee wil het gemeentebestuur vier doelstellingen realiseren: 1) het ontwikkelen van een gemeentelijke beleidsvisie op het vlak van wonen; 2) het organiseren van lokaal woonoverleg; 3) het uitbouwen van een klantgerichte dienstverlening naar de inwoners en 4) het verbeteren van de kwaliteit van het woningpatrimonium en de woonomgeving. 

Schepen van woonbeleid Paul Goeminne (CD&V) vroeg en kreeg de toestemming om voor dit samenwerkingverband subsidies aan te vragen bij de Vlaamse overheid.  Aangezien reeds een stappenplan werd opgesteld en ook de provincie Vlaams-Brabant het project reeds erkent en subsidieert, is er een zeer goede kans dat ook de Vlaamse overheid de subsidie zal toekennen.  

Participatietraject voor Mobiliteitsplan goedgekeurd

Op voorstel van burgemeester Chris Taes (CD&V) keurde de gemeenteraad een participatietraject goed voor de verbreding en verdieping van het Mobiliteitsplan.

Een eerste bespreking van de nieuwe accenten van het Mobiliteitsplan vond reeds plaats tijdens een vergadering van de bevoegde raadscommissie op dinsdag 26 april jl.  Later zal het aangepaste plan ook nog worden voorgelegd aan de GAMV (Gemeentelijke Adviesraad voor Mobiliteit en Verkeersveiligheid).  Het document zal ook, zodra het is aangevuld, ter inzage liggen in de bibliotheek op het administratief centrum en zal dan gepubliceerd worden op de gemeentelijke webstek.

Er zijn drie hoofdaccenten in de verdieping en verbreding van het Mobiliteitsplan:

1. Er komt een nieuwe wegencategorisering, waarbij een drastische beperking wordt ingevoerd van de straten die het “zware, doorgaande verkeer” moeten slikken.  Een tweede, eveneens beperkte reeks van straten, wordt geselecteerd als ‘verbindingsweg’ tussen deelgemeenten, kernen en wijken.  Veruit het grootste aantal straten zal gecategoriseerd worden als “verblijfsstraten”, waar voornamelijk alleen bestemmingsverkeer aangewezen is.  De nieuwe categorisering vormt het uitgangspunt voor de snelheidsregimes die eraan gekoppeld zullen worden en voor de (toekomstige) inrichting van die straten.

2. In samenwerking met de provincie Vlaams-Brabant en met het Vlaams Gewest wordt onderzocht op welke doeltreffende manier het sluipverkeer in onze gemeente kan worden bestreden.  Het is duidelijk dat dit niet alleen op gemeentelijk niveau kan worden opgelost en dat chauffeurs moeten worden aangemoedigd (of verplicht) om op de grote verbindingsassen te blijven.  Maar ook op lokaal niveau zijn maatregelen mogelijk.  Bij het uitvoeren van die maatregelen is het belangrijk dat de inwoners van onze gemeente zelf zo weinig mogelijk hinder ondervinden van de ingrepen die het sluipverkeer moeten weren.  Daarom wordt o.m. ook geopteerd voor een aangepaste zonering voor lokaal verkeer én voor tijdsgebonden verkeersmaatregelen die alleen geldig zijn op de momenten dat het probleem zich voordoet.

3. Derde belangrijk accent in het aangepaste Mobiliteitsplan wordt de aandacht voor een fietsnetwerk tussen de verschillende kernen van onze gemeente.  Daarbij zal niet alleen ingespeeld worden op de mogelijkheden die geboden worden via het bovenlokaal fietsroutenetwerk, maar zullen – waar mogelijk – ook bestaande wegen worden uitgerust met aangepaste fietspaden.  Daarnaast zal actief gebruik worden gemaakt van ‘trage wegen’ om veilige, vrijliggende fiets- en wandelverbindingen tot stand te brengen.

Tussentijds evaluatierapport Lokaal Sociaal Beleidsplan

De schepenen Ann Vannerem (CD&V) en Stef Ryckmans (Open Vld) gaven toelichting bij het tussentijds evaluatierapport dat door IGO Leuven werd opgesteld i.v.m. het Lokaal Sociaal Beleidsplan.

Dat Lokaal Sociaal Beleidsplan werd in 2007 door de gemeenteraad goedgekeurd door de gemeenteraad voor de periode 2008-2013 en moet na drie jaar tussentijds worden geëvalueerd.

Dit evaluatierapport werd eerder ook besproken door de Welzijnsraad, de Seniorenraad en het Lokaal Overleg Kinderopvang.

In verband met de realisatie van de doelstellingen van het Lokaal Sociaal Beleidsplan, is de invoering van het Digitaal Sociaal Huis een belangrijke stap.  Hierover volgt meer nieuws in de loop van deze week.

Ruimtelijk uitvoeringsplan dorpskern Meerbeek

Op voorstel van schepen van ruimtelijke ordening Paul Goeminne (CD&V) keurde de gemeenteraad het ruimtelijk uitvoeringsplan voor de dorpskern van Meerbeek goed.

Dit RUP is van groot belang voor het centrum van Meerbeek.  Hierdoor wordt niet alleen de noodzakelijke uitbreiding en vernieuwing van het kerkhof van Meerbeek mogelijk, maar wordt ook een oplossing geboden voor de bouwplannen die het gemeentebestuur heeft aan de gemeentelijke lagere school in de A. Dewitstraat.  Het is namelijk de bedoeling om de kleuterschool, die nu nog op  de Dorpsstraat gevestigd is, te verplaatsen naar de huidige lagere school in de  A. Dewitstraat.  Om dat te kunnen doen was een herziening van het huidige structuurplan noodzakelijk.

Ten slotte biedt het nieuwe ruimtelijk uitvoeringsplan ook een oplossing voor het terrein van een voormalige bouwonderneming, waar in de toekomst ofwel een lokaal bedrijf met beperkte opslag en distributie, ofwel maximaal twee kernversterkende handelsactiviteiten gevestigd kunnen worden.

Overdracht van een strookje grond aan de Nederokkerzeelsesteenweg

Schepen van openbare werken Erwin Willems (Open Vld) stelde de kosteloze overname van een stukje grond voor op de hoek van de Kasteelstraat en de Nederokkerzeelsesteenweg te Erps-Kwerps.   

Door de overname van dit strookje grond, wordt een veilige fietsverbinding mogelijk tussen de Kasteelstraat – Nederokkerzeelsesteenweg – Lelieboomgaarden, waar de fietsers een vrijliggend fietspad zullen kunnen volgen naar het centrum van Nederokkerzeel.

Raadslid Francis Peeters (CD&V) die al jaren ijvert voor deze veilige doorgang, stak beide handen omhoog om het voorstel goed te keuren, maar dat ‘telde’ slechts voor één stem.

Vervanging buitenschrijnwerk gemeentelijke basisschool De Klimop

Het buitenschrijnwerk van de gemeentelijke basisschool De Klimop mag worden vervangen.  Deze hoognodige werken, die bovendien ook een betere isolatie zullen bieden en dus minder energiekosten zullen veroorzaken, worden geraamd op € 215.000.

Ontwerp nieuw jeugdhuis (opnieuw) goedgekeurd

Jeugdhuis ’t Excuus in Kortenberg, momenteel gehuisvest in OC Berkenhof, zoekt al lang een nieuw onderkomen.  De gemeente vatte een dik jaar geleden het plan op om een nieuw jeugdhuis te bouwen aan GC Colomba.

Enkele maanden geleden werd een eerste ontwerp goedgekeurd.  Het bedrag voor de realisatie van het project werd toen geraamd op €277.000.

Bij de aanbesteding bleken de ingediende prijzen evenwel een heel stuk hoger te liggen: de goedkoopste bieder kon het werk uitvoeren voor een bedrag dat maar liefst 48% hoger lag dan het geraamde krediet.

Daarom gingen de ontwerper, het gemeentebestuur en het jeugdhuis opnieuw rond de tafel zitten om de kostprijs van het ontwerp te drukken.

De schepenen Bart Nevens (N-VA) en Erwin Willems (Open Vld) lichtten het nieuwe plan toe.  Het ontwerp wordt nu geraamd op € 296.000, iets méér dan het eerste ontwerp, maar ook een heel stuk minder dan het oorspronkelijke aanbestedingsbedrag.

Raadslid Koen Van Roey (CD&V), zelf één van de medestichters van het jeugdhuis, merkte op dat ’t Excuus ook zelf de handen uit de mouwen zal steken om de kosten te helpen drukken en dat daartoe reeds een aantal acties wordt voorbereid.

Burgemeester Chris Taes (CD&V) noemde het een goede zaak dat het dossier herbekeken is zonder veel tijdverlies en dat het jeugdhuis binnenkort dan toch het onderkomen krijgt waarvoor het al jaren geijverd heeft.

Ontwerp heraanleg Kloosterstraat goedgekeurd

Wie in het centrum van Kortenberg regelmatig aan de parking van de kerk of aan basisschool De Regenboog moet passeren, heeft het ongetwijfeld al aan den lijve ondervonden: de Kloosterstraat, pal in het centrum van Kortenberg, is in erbarmelijke straat.

De gemeenteraad keurde het ontwerp voor de heraanleg van de Kloosterstraat goed.  Daarmee wordt groen licht gegeven voor nieuwe rioleringen, een nieuw wegdek en nieuwe voetpaden.

Het gaat om één van de belangrijkste werken die dit jaar in de begroting werden voorzien.  De totale kostprijs wordt geraamd op € 945.000.

Het gemeentebestuur acht deze investering verantwoord, omdat hiermee de veiligheid van de schoolomgeving wordt verbeterd en omdat hierdoor ook het rioleringsprobleem in het centrum van Kortenberg kan worden aangepakt.

Fietspunt aan het station in Kortenberg?

De Groen!-fractie stelde een vraag naar de mogelijkheid om aan het station van Kortenberg een fietspunt te organiseren.

Burgemeester Chris Taes (CD&V) antwoordde dat hij het een sympathiek voorstel vond.  Zo’n fietspunt kan verschillende diensten aanbieden, zoals kleine herstellingen, verhuur van particuliere of bedrijfsfietsen, voorzien van vervangfietsen, e.d.m.

De uitbating van een fietspunt gebeurt onder de vorm van sociale tewerkstelling; ook samenwerking met jongeren uit het deeltijds onderwijs komt in deze sector voor.

Als publieke overheid kan een gemeentebestuur zo’n fietspunt niet zomaar zelf organiseren.  Bovendien is de gemeente geen uitbater of beheerder van het station van Kortenberg. 

De burgemeester besloot dat hij de suggestie zou doorspelen aan Infrabel, de beheerder van de NMBS-infrastructuur, met de vraag na te gaan of er interesse is voor een dergelijk fietspunt in Kortenberg.  Dat zal o.m. afhangen van de beschikbaarheid van een geschikte plaats in het stationsgebouw, van de verwachte activiteitsgraad voor zo’n fietspunt, het aantal potentiële klanten en de interesse van sociale economiebedrijven om in Kortenberg een dergelijk initiatief op te starten (zoals bv. Intro vzw in Londerzeel).

Taes stelde nog dat hij er zeker wou over waken dat een mogelijk fietspunt geen concurrentie inhoudt met bestaande initiatieven op de reguliere markt (o.m. fietswinkels en uitleenbedrijven).

maandag 2 mei 2011

Charter 700

In het administratief centrum van Kortenberg is op 1 en op 2 mei de aftrap gegeven voor Charter 700, een feest-, project- en evenementenjaar naar aanleiding van de 700ste verjaardag van het Charter van Kortenberg in 2012.

Dat Charter van Kortenberg werd op 27 september 1312 door Hertog Jan II van Brabant ondertekend in de Oude Abdij van Kortenberg.  Het Charter van Kortenberg was het eerste formele ‘pact’ tussen een vorst, de adel en zes steden op het Europese vasteland.  De steden Leuven, Brussel, Antwerpen, ’s Hertogenbosch, Tienen en Zoutleeuw kregen hun eerste rechten en vrijheden dankzij de ‘keure’ uit 1312.  In die zin werd in Kortenberg de prille basis gelegd voor de latere democratische principes die nu gemeengoed zijn.

Het Charter van Kortenberg bepaalde dat de Hertog geen buitensporige belastingen mocht opleggen (alleen wanneer zijn zoon tot ridder werd geslagen, wanneer zijn dochter huwde of wanneer hij zelf gevangen werd genomen), dat er op een faire manier recht moest worden gesproken, waarbij geen onderscheid mocht worden gemaakt tussen rijk of arm en dat de zes steden afdwingbare rechten kregen.  Bijna een eeuw na de Magna Carta (1215) in Groot-Brittannië, voegde het Charter van Kortenberg een essentiële dimensie toe aan de verhouding tussen vorst en onderdanen: het ging niet alleen meer om de relatie tussen vorst en adel, maar om het bredere verband tussen vorst, adel en de burgers van de steden.

Met de ondertekening van het Charter werd ook de ‘Raad van Kortenberg’ geïnstalleerd, een parlement dat om de drie weken vergaderde in de Oude Abdij van Kortenberg.  De steden kregen ook een ‘weerstandsrecht’, waardoor ze de mogelijkheid hadden te protesteren tegen een eventuele niet-naleving van de bepalingen van het Charter.

In 2012 wil Kortenberg niet alleen het historische feit van de ondertekening van het Charter herdenken.  Kortenberg wil het voortouw nemen in de boeiende zoektocht naar instrumenten, methodes en middelen om inspraak en participatie in het lokale beleid te bevorderen en te verbeteren. 

Dat gebeurt op drie manieren:

Ten eerste nodigt het gemeentebestuur inwoners, vrijwilligers en verenigingen uit om na te gaan hoe de bestaande inspraak- en adviesorganen kunnen worden verbeterd en hoe de stem van alle mensen die zich bij het gemeentebeleid betrokken weten, kan worden versterkt. 

Ten tweede wil het gemeentebestuur nagaan op welke wijze nieuwe kanalen en mogelijkheden kunnen worden aangeboord om de actieve participatie van inwoners te versterken.  Zo wordt bv. projectinspraak steeds belangrijker: mensen engageren zich niet noodzakelijk een heel leven lang in één vereniging voor één maatschappelijke kwestie, maar willen zich wel inzetten voor een project dat eerder beperkt is in tijd en in omvang: de inrichting van hun straat of wijk, het opzetten van een buurtfeest, het bestrijden van zwerfvuil, de organisatie van een festival, enz.  Modern gemeentebeleid moet dat soort engagement echt kunnen valoriseren.

Ten derde wil het gemeentebestuur visie ontwikkelen over de toekomst van de gemeente op iets langere termijn.  Inwoners, verenigingen, bedrijven, scholen, wijkcomités en andere creatievelingen worden uitgenodigd samen na te denken over “Kortenberg 2020”.  Hoe zou onze gemeente er moeten uitzien binnen tien, twintig of dertig jaar?  Welk type evolutie willen we bevorderen of absoluut afremmen?  Hoe zit het met de verdere ontwikkeling van woon- of werkgebieden?   Hoe kunnen we de schaarse open ruimte beschermen?  Wat met mobiliteit en sluipverkeer?  Hoe kunnen we mensen samenbrengen en samen verantwoordelijkheid dragen voor een leefbare en aangename gemeente?

De viering van Charter 700 wordt een belangrijk gebeuren.  Zowel het gemeentebestuur als tal van verenigingen en groepen bereiden momenteel het evenementenjaar voor.  Wie wil meewerken of een goed idee heeft, kan gerust een seintje geven.  In Zoeklicht en op de webstek van de gemeente (www.kortenberg.be) volgt de komende weken en maanden zeker nog meer informatie.