De
luchthaven van Zaventem is de op één na belangrijkste economische poort van ons
land. De toegevoegde waarde ervan is
enorm. Maar de luchthaven is ook
ingeplant in dichtbevolkt gebied en daarom is een duurzaam, leefbaar en overlegd evenwicht nodig tussen de
economische en de omgevingsaspecten.
De manier
waarop Melchior Wathelet (cdH), als (toenmalig) staatssecretaris bevoegd voor
het vliegwezen, de kwestie heeft aangepakt, getuigt van improvisatie, geklungel
en electorale berekening. Bovendien
heeft hij door zijn ondoordachte optreden een feitelijk conflict gecreëerd
tussen sommige inwoners van Brussel en de inwoners van de Vlaamse Rand rond
Brussel.
Het probleem
met het telkens opnieuw wijzigen van vliegroutes is dat men steeds nieuwe
categorieën van inwoners met een steeds wisselend deel van de lawaaihinder
belast. Die protesteren natuurlijk
heftig, omdat hun rust wordt verstoord, terwijl diegenen die minder lawaai over
hun hoofd krijgen, uiteraard niet meer naar de vorige toestand willen
terugkeren.
Als we van
de luchthaven van Zaventem in de toekomst een succesverhaal in plaats van een
teken van tegenspraak willen maken, moeten de verschillende betrokken overheden
samenwerken om een sterk maatschappelijk draagvlak te creëren waarbij de
omwonenden ervan overtuigd kunnen worden dat de vliegroutes veilig en betrouwbaar zijn, waarbij wordt
aangesloten bij vertrouwde
vliegcorridors en waarbij rechtszekerheid
wordt gecreëerd voor een lange
periode, zodat mensen die zich ergens willen vestigen, weten welk type
hinder ze mogen verwachten. Op al deze
punten heeft Wathelet gefaald: hij heeft vliegroutes uitgevaardigd waarvan de
luchtverkeersleiding (Belgocontrol) betwijfelde of ze wel veilig waren, hij
heeft de vertrouwde vliegcorridors verlaten en hij heeft telkens nieuwe groepen
inwoners met wisselende lawaaihinder belast.
Uiteraard
moet alles in het werk worden gesteld om de globale hinder die de aanwezigheid van een luchthaven voor de
omwonenden teweegbrengt, zo veel
mogelijk te beperken. De gemeente
Kortenberg heeft daartoe een ‘minderhinderplan’ opgesteld dat de voorbije
vijftien jaar enkele malen werd geactualiseerd en waarmee, tot voor kort, in
zekere mate rekening werd gehouden.
De
voorganger van de heer Wathelet, gewezen staatssecretaris Etienne Schouppe
(CD&V), was erin geslaagd na jaren van gekibbel, geconcentreerde
deconcentratie en gedeconcentreerde concentratie (!) een leefbaar en
grotendeels aanvaardbaar evenwicht te vinden, maar Wathelet heeft, onder druk
van de Brusselse lobby, dat delicate evenwicht verstoord en zo iedereen in de
gordijnen gejaagd.
Om een
draagvlak bij de omwonenden te creëren is in eerste instantie heldere
informatie en oprecht overleg nodig. De heer Wathelet heeft de gemeentebesturen
én de bewonersgroepen noch heldere informatie gegeven, noch met hen enige vorm
van overleg over de gewijzigde vliegroutes georganiseerd. Het resultaat is dat gemeentebesturen geen antwoord
kunnen geven aan verontruste inwoners en dat ze zelf blind moeten vliegen in
dit moeilijke dossier. Maar misschien
was dat net de bedoeling …
Daarom vraag
ik, ongetwijfeld samen met vele andere gemeentebesturen in de onmiddellijke
omgeving van Zaventem, dat bij de start
van de volgende federale regering dit probleem op een serene, open, overlegde
en volwassen manier aangepakt wordt, waarbij de economische kansen van de
luchthaven hand in hand gaan met de leefbaarheid van de hele omgeving.
In dat
verband klopt het dat één regio andere, strengere geluidsnormen mag hanteren
dan een andere. De luchthaven is
kennelijk ‘nationaal’ als ze prestige, contactmogelijkheden, tewerkstelling en
economisch voordeel oplevert voor Brussel,
maar ligt plots volledig in ‘Vlaanderen’ als het erom gaat de geluids- en
mobiliteitslasten te dragen. Dat is niet
billijk en niet rechtvaardig. Een
dergelijke houding kan bijgevolg niet leiden tot een duurzame, rechtszekere en
stabiele oplossing. Misschien toch maar
eens bij Etienne Schouppe informeren hoe hij het destijds wél voor elkaar kreeg
… ?
Geen opmerkingen:
Een reactie posten