Kerstmis was vaak veraf het voorbije jaar. Isabelle Albers, hoofdredactrice van De Tijd, noemde 2014 in het
jaaroverzicht van de krant ‘het jaar van
de polarisering’. Terecht.
Rechts tegen links in eigen land, oost tegen west in
Oekraïne, islam-extremisten tegen ‘ongelovigen’ in Syrië en Irak, Joden tegen
Palestijnen in het Midden-Oosten, blank tegen zwart in de VS, noord tegen zuid
in de tragedie met de bootvluchtelingen.
De lijst is eindeloos.
In een wereld die steeds complexer en minder transparant
wordt, waarin de economische en sociale ongelijkheid toeneemt en waarop mensen
steeds minder rechtstreeks ‘greep’ hebben, is polarisering een zeer
verleidelijke reflex. Ze bespaart ons de
moeite om verder na te denken, want als je ‘de’ oplossing hebt, waarom zou je
dan nog in dialoog treden met mensen die een andere mening hebben? Ze geeft de illusie van simpele en
rechtlijnige antwoorden op moeilijke problemen.
En vooral: ze duldt geen intellectuele tegenspraak.
In het politieke discours wordt Tina meer en meer als
legitiem ‘argument’ bovengehaald: ‘There
is no alternative’ of in de Vlaamse versie: ‘Er is geen alternatief’. Een
gevaarlijk straatje. De enige context
waarin er geen democratisch alternatief meer mogelijk is, is een
dictatuur. Het is een context van
extreme polarisering, waarbij ieder individu, iedere groep, iedere betrokken
partij die er anders over denkt, genadeloos wordt weggeknikkerd uit het
politieke debat. Het is een ideale
manier om elke vorm van kritiek – hoe terecht of onterecht ook – in de kiem te
smoren en om elk genuanceerd inhoudelijk debat uit de weg te gaan. In naam van het Grote Gelijk, moet iedereen
alles wat daarmee samenhangt maar aanvaarden en ondergaan.
Hopelijk wordt 2015 het jaar waarin het maatschappelijke
debat echt op gang komt – want dat is broodnodig – en waarin de kracht van het compromis
wordt erkend. Het compromis is geen
grijs gemiddelde van mensen die geen eigen visie hebben en geen keuze kunnen of
durven te maken. Het compromis is
integendeel een veelzijdige, veelkleurige en duurzame benadering van moeilijke
vraagstukken waarvoor een breed maatschappelijk draagvlak noodzakelijk is. Omdat
niemand de absolute waarheid in pacht heeft.
Omdat een compromis de realiteit van verschillende rechtmatige belangen
valideert. Omdat een compromis oog heeft
voor evenwicht en rechtvaardigheid, voor gezond verstand en verdraagzaamheid.
Een voorbeeldje? Een
voorbeeldje. Weinigen zullen betwisten
dat de overheidsfinanciën op alle bestuursniveaus op orde moeten worden gezet,
om duurzaam te kunnen groeien en om de toekomst van ons sociaal systeem te
kunnen verzekeren. Waarom is er dan
vanuit bepaalde hoek zo’n protest tegen de maatregelen die de federale en de
Vlaamse regering op dat vlak in petto hebben?
Natuurlijk zijn er partijpolitieke strategieën mee gemoeid vanuit de
oppositie. Natuurlijk is de PS
verschrikkelijk gefrustreerd omdat ze zichzelf uit het federale beleidsniveau
heeft gemanoeuvreerd en zint ze op rauwe wraak.
Natuurlijk ruiken ook de Vlaamse oppositiepartijen hun kans om
electoraal te cashen bij het protest tegen onpopulaire maatregelen. Maar dat is niet alles. In brede lagen van de bevolking leeft de
overtuiging dat er weliswaar zware inspanningen moeten geleverd worden om het
budget in evenwicht te brengen, maar dat die inspanningen fundamenteel
rechtvaardig verdeeld moeten worden. Nu
moeten mensen die een inkomen uit arbeid hebben, immers het leeuwendeel van de
lasten dragen, terwijl mensen die een inkomen uit vermogen hebben, grotendeels
de dans ontspringen.
Dat probleem los je niet op door te polariseren: werkgevers
en bedrijven moet je niet met pek en veren het land uitjagen, want dan jaag je
de investeringen en de jobs die eraan vasthangen even goed weg. Maar als alleen de middenklasse (de iconische
‘hardwerkende Vlaming’) wordt aangesproken om het gat in het overheidsbudget te
dichten, gaat dat in tegen een fundamenteel rechtvaardigheidsgevoel. Als het beleid dit miskent, mist het de
aansluiting op de grondstroom van wat in Vlaanderen en in ons land leeft.
De oplossing ligt in de kracht van een rechtvaardig
compromis: een ‘tax shift’ of lastenverschuiving van belasting op arbeid naar
belasting op de winst uit vermogens. Pas
als die balans in evenwicht is, kan men van een moeilijke, maar noodzakelijke
opdracht een wervend project maken, waar alle geledingen van de samenleving met
overtuiging kunnen én willen aan meewerken.
2014 was het jaar van de verandering. Laat 2015 het jaar van de verbetering
worden. Met visie én draagvlak. Met klare maatschappelijke keuzes, die
gedragen worden door overleg, dialoog en veelkleurig compromis.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten