Provincie Vlaams-Brabant wil concrete oplossingen voor hervorming

Op dinsdag 16 september 2014 vergaderde de provincieraad van Vlaams-Brabant voor het eerst na de zomervakantie en dus nà de goedkeuring van het Vlaams regeerakkoord, waarin diepgaande ingrepen m.b.t. de provinciebesturen zijn opgenomen. 

Die hervorming houdt niet alleen de afschaffing in van een reeks bevoegdheden, maar heeft ook tot gevolg dat de financiële middelen van het provinciebestuur drastisch worden ingekrompen, o.m. door het afschaffen van het Provinciefonds en door het onmogelijk maken van provinciale opcentiemen. 

Er is een zeer zinvol debat mogelijk over de rol die het provinciebestuur in een modern bestuurlijk landschap kan spelen, maar het blindweg afstoten van een aantal taken zonder oplossingen of alternatieven voor de gevolgen ervan, zorgt voor zware structurele, financiële en menselijke problemen.  Daarom heeft CD&V, als enige Vlaamse partij, gevochten voor een nieuwe invulling van de rol van de provinciebesturen, in plaats van te kiezen voor een brutale afschaffing ervan.

Provincieraadslid en CD&V-fractievoorzitter Chris Taes: “Aan de beslissing ten gronde in het Vlaams regeerakkoord om de provinciebesturen uit te kleden, kan de provincieraad niet meteen  iets veranderen, maar de gevolgen ervan op korte en langere termijn voor het provinciepersoneel, voor de talloze verenigingen en vrijwilligerswerkingen die nu provinciale subsidies ontvangen, voor de coördinatie van bovenlokale initiatieven, voor de intercommunales waaruit de provinciebesturen (en hun financiële bijdragen) moeten terugtreden en voor de ondersteuning van de gemeente- en stadsbesturen, moeten correct en precies worden ingeschat, zodat alle betrokkenen daarover zo snel mogelijk duidelijkheid krijgen.”

Daarom stelde hij de volgende vragen op de plenaire zitting van 16 september:
 

1)      Heeft de deputatie al contact gehad met de nieuwe Vlaamse regering in verband met de plannen rond de hervorming van de provincies?  Zo ja, welke informatie werd daar verkregen?

2)      Binnen welke termijn worden de bevoegdheidsoverdrachten of –afschaffingen doorgevoerd?   Gebeurt die overdracht in één beweging of in fases?

3)      Welke gevolgen zijn er voor het personeel van onze provincie op korte, middellange en lange termijn?

4)      Vanaf wanneer zullen bepaalde verenigingen en vrijwilligerswerkingen de financiële en logistieke ondersteuning vanuit de provincie moeten missen omwille van het afschaffen van de provinciale bevoegdheid inzake persoonsgebonden materies?  Zijn er overgangsmaatregelen?

5)      Vanaf wanneer zullen de provinciebesturen zich moeten terugtrekken uit intergemeentelijke samenwerkingsverbanden?  Welke zijn de financiële gevolgen hiervan voor deze samenwerkingsverbanden en met name voor de andere vennoten?

6)      Wordt het budget 2015 een ‘overgangsbudget’ of kan tegen dan een nauwkeurige inschatting worden gemaakt van de financiële gevolgen van de hervorming van de provincies, waarbij we als CD&V graag een maximale invulling van de nieuwe bevoegdheidsverdeling zouden zien?

7)      Welke verdere overlegmomenten zijn er voorzien met de Vlaamse regering en met de andere provinciebesturen?

Namens de deputatie antwoordde gedeputeerde Monique Swinnen (CD&V) dat er op dit ogenblik meer vragen dan antwoorden zijn i.v.m. de concrete gevolgen van het Vlaams regeerakkoord voor de provinciebesturen.  Ze onderstreepte dat de deputatie vol blijft gaan voor de domeinen waarop ze wél bevoegd blijft en dat de partners met wie op dat vlak wordt samengewerkt, mogen blijven rekenen op het duurzame engagement van de provincie Vlaams-Brabant.

Mevrouw Swinnen deelde ook mee dat ze vanmorgen met een delegatie van de VVP (Vlaamse Vereniging van Provincies) een onderhoud had met minister van Binnenlands Bestuur Liesbeth Homans (N-VA), waarop de vele bekommernissen vanuit de provinciale administraties en de provinciebesturen werden besproken.

De VVP verdedigde het standpunt dat bij bevoegdheidsoverdrachten het principe moet gehanteerd worden dat het hele pakket (inclusief klanten/partners, personeel, bestaande engagementen, schulden en patrimonium) wordt overgedragen en dat niet aan ‘cherry picking’ wordt gedaan, waarbij alleen de ‘lekkere brokjes’ worden overgeheveld en de ‘lastige stukken’ onaangeroerd blijven.  Uit het onderhoud zou gebleken zijn dat minister Homans dit uitgangspunt deelt en dat ze hierover een volwassen dialoog met de provinciebesturen wil aangaan.  Dat is, ondanks de woordbreuk van de nieuwe Vlaamse regering ten aanzien van de convenanten die met de nieuwe provinciebesturen werden afgesloten in verband met het behoud van sommige persoonsgebonden materies, toch hoopgevend nieuws voor het provinciepersoneel.  Zij zouden op basis van dit engagement bij een bevoegdheidsoverdracht mee worden overgedragen naar het ontvangende bestuur.

Gedeputeerde Swinnen drukte ook nog haar grote bezorgdheid uit over het wegvallen van de middelen uit het Provinciefonds (reeds vanaf 2015) en over de afschaffing van de provinciale opcentiemen.  Ook op dit vlak hoopt ze op een volwassen dialoog met de Vlaamse overheid om na te gaan hoe de provinciale werking in de toekomst zal kunnen worden gefinancierd.

Ten slotte deelde de député mee dat minister Homans tegen midden oktober een stappenplan wil klaar hebben voor de hervorming van de provincies en dat ze dan de VVP zal uitnodigen voor een nieuw gesprek.