woensdag 22 februari 2017

Meer transparantie. Minder verrommeling.

Politici staan de laatste weken volop in de belangstelling.  Niet omwille van hun engagement voor het algemeen belang, maar omwille van sommige buitensporige vergoedingen die enkele gemeentelijke vertegenwoordigers opstrijken in schimmige constructies van intergemeentelijke samenwerkingsverbanden.

Zelf zit ik in geen enkele intercommunale.  Ik heb genoeg werk met mijn functie als burgemeester en als voorzitter van de Vlaams-Brabantse provincieraad.  Dat maakt het iets gemakkelijker om enkele gedachten te formuleren voor mogelijke oplossingen om deze uitwassen in de toekomst te voorkomen.  Ik moet dus niet voor mezelf pleiten, wel voor de vele collega’s, over de partijgrenzen heen, die zich elke dag 100% inzetten voor hun inwoners en die helemaal geen duizenden of zelfs honderden euro’s per maand ‘bijklussen’.

Eén van de redenen waarom politici in opspraak zijn gekomen omwille van hoge vergoedingen, is de ondoorzichtige en ingewikkelde structuur van sommige intergemeentelijke samenwerkingsverbanden.  Een Vlaams decreet bepaalt dat de maximum-vergoeding voor het bijwonen van vergaderingen in die intergemeentelijke samenwerkingsverbanden is vastgelegd op 205 euro bruto.  Maar in sommige gevallen worden er dochterbedrijven gecreëerd die niet aan deze regelgeving onderworpen zijn en waar er geen maximum-bedrag voor zitpenningen of vergoedingen wordt opgelegd.  Het zijn dus de ondoorzichtige, niet-transparante constructies van sommige intercommunales, die ook onvoldoende democratisch gecontroleerd worden, die ervoor zorgen dat misstanden en uitwassen mogelijk zijn.

In Vlaanderen (en België) bestaan er op die manier honderden constructies die zich bezighouden met aangelegenheden die voor en door gemeenten worden geregeld.  Dat gaat van nutsvoorzieningen (gas, water, elektriciteit, telecom) over afvalverwerking en streekontwikkeling tot woonbeleid en sociale tewerkstelling.  Dat zijn uiteraard stuk voor stuk noodzakelijke opdrachten voor inwoners van een gemeente.  De vraag is alleen of daarvoor zovele honderden aparte structuren nodig zijn, met elk hun eigen bestuurders, hun eigen administratie, hun eigen directie en hun eigen personeel.

Dat leidt immers tot een grote bestuurlijke ‘verrommeling’, met schimmige structuren die soms in elkaar overvloeien, met zeer veel efficiëntieverlies en met een manifest gebrek aan effectieve democratische controle.  Het gaat vaak om dermate gespecialiseerde activiteiten, dat de bestuurders alleen maar kennis kunnen nemen van wat hen wordt voorgeschoteld en de feitelijke beslissingsmacht in handen is van een zeer beperkte groep van experten.

Natuurlijk zijn er taken die op bovenlokaal vlak moeten worden georganiseerd, omdat het voor afzonderlijke gemeenten niet doenbaar is om ze elk afzonderlijk op poten te zetten.  Waarom zou bv. elke gemeente een aparte studiedienst voor streekontwikkeling moeten opzetten, als dat zo veel beter op iets grotere schaal kan gebeuren.

En daar is een grote rol weggelegd voor de provinciebesturen.  Onder invloed van bepaalde partijen is het vandaag mode om te spreken over de afschaffing van de provincies als ‘overbodig tussenniveau’.  Nochtans: provinciebesturen worden democratisch verkozen, werken met provincieraadsleden die een bescheiden zitpenning ‘verdienen’ (niet meer dan de meeste gemeenteraadsleden), beschikken over één centrale administratie die de nodige specialisten in dienst heeft, bereiden beslissingen technisch voor in raadscommissies waarin alle partijen hun zeg hebben en hun specialisten kunnen inzetten, en moeten zich om de zes jaar verantwoorden voor hun kiezers.

Om de bestuurlijke verrommeling te kunnen aanpakken, zou het goed zijn dat de provinciebesturen een sterkere rol krijgen als dynamische streekbesturen die bovenlokale initiatieven ‘op maat’ kunnen organiseren of faciliteren, met één management, één financiële dienst, één overheadkost en een sluitende democratische controle.

Wat de huidige intercommunales (of intergemeentelijke samenwerkingsverbanden) betreft, moeten m.i. alle ondoorzichtige, schimmige boven-, onder- of nevenstructuren worden afgeschaft, moet worden nagegaan welke bestuurstaken eventueel kunnen worden overgedragen aan een hoger bestuursniveau (provincies of Vlaams Gewest), waardoor dubbele of drievoudige kosten kunnen worden vermeden, en moet ook worden onderzocht voor welk type opdrachten de taakomschrijving grondig moet worden herbekeken.

Een efficiënt en transparant ‘tussenniveau’ tussen het lokale bestuur (stad, gemeente) en het centrale bestuur (Vlaanderen) is noodzakelijk, omdat niet elke gemeente elk type van publieke dienstverlening zelfstandig kan of moet aanbieden.  In bepaalde marktspecifieke sectoren is het verantwoord de rol van een dergelijk tussenniveau te laten vervullen door een intergemeentelijk samenwerkingsverband.  Maar in vele andere gevallen is een democratisch verkozen en gecontroleerd provinciebestuur de aangewezen partner van de lokale besturen.

Is hiermee gezegd dat provincies momenteel foutloos en perfect werken?  Neen, maar de provinciebesturen zijn wel actief bezig met het verbeteren van hun interne werking en het transparant maken van hun procedures.  Daar zit toekomst in, ten minste indien men zich niet verliest in een symbolenstrijd, maar objectief nagaat op welk niveau welke taken het best kunnen worden vervuld. 

zaterdag 18 februari 2017

Genieten als levenskunst


Op zaterdagavond 18 februari 2018 was burgemeester Chris Taes (CD&V) te gast bij de opening van het ‘Genietersweekend’ van Lions Club Kortenberg.
Hij legde een verband tussen kunst, vakmanschap en genieten.

“Ik moet u daarvoor meenemen naar vijfenveertig jaar geleden, naar het moment waarop ik op mijn toenmalige middelbare school kennismaakte met muziek, schilderkunst en poëzie,” zei Taes.
Eén van de iconische gedichten die ik toen las voor mijn lievelingsvak, Engels, was ‘A Thing of Beauty is a Joy Forever’ van de romantische dichter John Keats.

Ik weet nog hoe ik die tekst in de klas ingetogen en plechtig declameerde, terwijl de andere leerlingen van de klas moesten stilzitten en zwijgen of strafstudie zouden krijgen.
Dat ging toen ongeveer zo:

A thing of beauty is a joy for ever:
Its loveliness increases; it will never
Pass into nothingness; but still will keep
A bower quiet for us, and a sleep
Full of sweet dreams, and health, and quiet breathing.

Tegen het einde van het gedicht zaten we allemaal op roze wolkjes.
We hadden toen de overtuiging dat het om iets groots, iets moois, iets edels moest gaan.  Kunst met hoofdletter ‘K’.  Maar het was wel een soort kunst waarvoor we bij wijze van spreken ons zondags kostuum moesten aantrekken.  

We leerden dat kunst onbereikbaar hoog was, onnoemelijk uitzonderlijk, iets waarvoor we onze adem moesten inhouden en dat ons, heel misschien, met minstens goddelijke tussenkomst zou kunnen raken.
Diezelfde sfeer van quasi-onbereikbare grootsheid herkende ik ook als ik voor de eerste maal naar een klassiek concert ging, of naar ballet of – godbetert – naar de opera.  Telkens betraden we heilige grond en moesten we eerbiedig ondergaan wat de kunstenaar ons wou laten ervaren.

Niet lang nadien maakte ik voor het eerst kennis met de grootste toneelschrijver die onze planeet ooit heeft gekend, William Shakespeare.  Ik was gefascineerd door het donkere genie van Hamlet, door zijn intelligentie en zijn hartstocht en uiteraard ook door het noodzakelijke noodlot dat hem trof wanneer zijn geliefde Ophelia onherroepelijk heenging. 
Het duurde net iets langer voor ik andere passages uit dit prachtige toneelstuk leerde waarderen.  Daaruit bleek dat Shakespeare al op de drempel van de 17de eeuw door had waar de esthetische ervaring werkelijk om ging en wat acteurs (en kunstenaars in het algemeen) daarvoor moesten doen.  Bij het begin van het derde bedrijf zet hij de acteurs die hij een scene over de moord op zijn vader heeft ingefluisterd, briljant op hun plaats en wijst hen erop dat ze niet bombastisch, pathetisch of overdreven moeten acteren, maar dat ze levensecht gedachten en gevoelens moeten vertolken die het publiek kan begrijpen.  Hij doet dat zo:

'Speak the speech, I pray you, as I pronounced it to you, trippingly on the tongue. But if you shout it, as many of your players do, I had as lief the town crier spoke my lines. Nor do not saw the air too much with your hand thus, but use all gently, for in the very torrent, tempest, and whirlwind of passion, you must acquire and beget a temperance that may give it smoothness.'

Geweldig van Shakespeare, vindt u niet?
De zoektocht naar de essentie van kunst en naar de essentie van het leven heeft me gaandeweg geleerd dat kunst een belangrijke toegevoegde waarde kan betekenen in ons bestaan, maar dat ze afstandelijk en koel blijft wanneer ze niet geïntegreerd wordt in levenskunst.

Levenskunst bestaat erin om evenwicht te vinden tussen de banaliteit van de dagelijkse routine en de rijkdom van ervaringen die ons optillen uit het gewone.  Levenskunst houdt balans tussen werk, gezin en vrije tijd.  Tijd die dan echt ‘vrij’ moet zijn en niet gevuld mag worden met allerlei sociale verplichtingen die aan anderen duidelijk moeten maken hoe actief, creatief, uitdagend en druk-druk-druk we allemaal bezig zijn.  Levenskunst kan je beoefenen door te aanvaarden wie je bent, door je kwaliteiten, maar ook je gebreken en kleine kantjes onder ogen te durven zien.  Levenskunstenaars zijn optimisten, die niet blijven vasthaken aan tegenslagen – hoe groot ook – of aan negatieve kritiek van anderen, maar die open en met vertrouwen anderen tegemoet treden.  Levenskunstenaars zijn, met andere woorden, genieters van het goede leven.  Met dat goede leven bedoel ik dan niet alleen een leven dat vrij is van primaire zorgen, maar ook een leven dat ‘goed’ is in de ethische betekenis van het woord en dat dus niet alleen oog heeft voor eigen voordeel, eigen winst of eigen behoeftenvervulling, maar een leven dat ook samenleven, oprechtheid en solidariteit inhoudt.

En al die beschouwingen brengen mij naadloos tot mijn grote waardering voor uw activiteit, namelijk het genietersweekend.  Het is een weekend voor fijnproevers.  Het is een weekend voor levenskunstenaars. Wat hier aangeboden wordt, is niet alleen ambachtelijk top, het is kunst die bruikbaar en genietbaar is in het dagelijkse leven.  De kwaliteit van het product van de gastheer, de firma Stolz, hoeft niet meer bewezen te worden.  Tot ver buiten ons land en ver buiten ons continent hebben zowel gewone particulieren als belangrijke industriële klanten de faam van luxeleder ontdekt.  De geboorte van Reen Sweats and Treats heb ik van dichtbij mogen meemaken.  Ik ben Reen en Luc nog altijd dankbaar dat wij destijds als proef-konijnen mochten fungeren bij hun eerste probeersels van de heerlijke zoetigheden die ze maken.  Het zijn nu al lang geen probeersels meer, maar exquise pralines en chocolades die het hele smaakpalet uitdagen.  Jef Van Grieken won ooit de eerste Prijs voor Tekenkunst van de gemeente Kortenberg.  We mogen dit weekend zijn werk bewonderen, samen met schilderijen, aquarellen en cartoons van Linda Vermeiren, Christine Morren, Filip Leemans en Leon De Borger.  Filanea biedt een rijk assortiment van handgemaakte sieraden aan en de lokroep van fijne, fruitige zomerwijnen en verschillende soorten cava zal menig bezoeker in deze donkere dagen de weg naar de medegenieters hebben doen vinden.

Ik feliciteer Lions Club Kortenberg van harte met dit geslaagde initiatief en dank hen ook voor de goede samenwerking met de gemeente Kortenberg.  De lijst met mooie initiatieven die Lions Club in onze gemeente ondersteunt is zeer uitgebreid.  Ik pik er de meest opmerkelijke uit:

-         Er is de jarenlange steun aan het jongerencentrum Cidar in Kortenberg en Erps-Kwerps : onder meer steun voor infrastructuurwerken aan de gebouwen, de aanschaf van twee minibussen voor het vervoer van de jongeren, hulp bij de aankoop van het administratief gebouw in Kortenberg centrum;

-         Via het Welzijnshuis worden tal van initiatieven gesponsord : hulp bij het huiswerkklasje in de Regenboog-school; het ‘kofferproject’ om taalvaardigheid bij jongeren te stimuleren; winterhulp via aanschaf van petroleumkachels en brandstof; kookdagen voor hulpbehoevende gezinnen en alleenstaanden; samenwerking met BioPlanet voor het verwerken en bewaren van voeding en nog een aantal andere projecten;

-         Er zijn de sinterklaasgeschenken voor kansarme kinderen;

-         Er werd voor een keuken gezorgd in school de Boemerang in Meerbeek;

-         Ook het UPC Sint-Jozef krijgt ondersteuning voor jongeren met gedragsproblemen;

-         Er is de gekende brilleninzamelactie voor de derde wereld met medewerking van alle apothekers in Groot Kortenberg;

-         En er is steun aan beginnende muzikanten en kunstenaars.

Hiermee bewijst uw vereniging niet alleen oog en hart te hebben voor het welzijn van haar eigen leden, maar ook voor de noden en onvervulde verlangens van mensen die het, om verschillende redenen, moeilijker hebben dan wijzelf en die onze solidariteit en onze aandacht kunnen gebruiken.
Laat het ‘genieten’ nu maar officieel starten.  En laat ons er een levenskunst van maken.”


Berichtje aan Guy Vanhengel


Berichtje aan Guy Vanhengel (Open VLD) :  er is geen sprake van dat de luchthaven van Zaventem 1.800 meter ‘verplaatst’ zou worden naar Kortenberg en Steenokkerzeel, om Brussel qua geluidslast nog méér te ontzien dan nu reeds het geval is.  Als Brussel dat vraagt, is het antwoord vanuit Vlaams-Brabant kort en krachtig: “Vergeet het”.  De Vlaams-Brabantse gemeenten in de onmiddellijke omgeving van de luchthaven (Zaventem, Steenokkerzeel, Machelen en Kortenberg) klagen niet gauw over de hinder van de luchthaven, al ondervinden zij – objectief gezien – de grootste lawaaioverlast. 
Wij dringen er bij de luchthavenuitbater en bij de bevoegde overheden over alle partijgrenzen heen al decennia op aan om de hinder zo veel mogelijk te beperken en om de lasten en de lusten van de luchthaven fair te verdelen.  Brussel doet dat jammer genoeg niet: als ‘hoofdstad van Europa’ geniet men daar elke dag van de nabijheid van een performante luchthaven die de tweede belangrijkste economische poort van het land is, maar weigert men een fair aandeel in de geluidslast op te nemen.  Dat is niet langer verdedigbaar.  Vlaams-Brabant is niet de vuilnisbak of de achterbuurt van Brussel.  We wensen eerst een rechttrekking van de scheve situatie via een federale vliegwet en aangepaste Brusselse geluidsnormen.  Pas wanneer er een evenwichtig, rechtszeker en fair kader is voor de verdeling van lasten en lusten, kan een sereen debat gevoerd worden over de toekomst van de luchthaven. 
Brussel vraagt elk jaar in harde centen de solidariteit van Vlaanderen voor haar ‘hoofdstedelijke functies’ in het kader van de federale loyauteit.  Federale loyauteit houdt niet alleen ‘krijgen’ in, maar ook wederkerigheid  in het gezamenlijk dragen van de lasten.  Hou dus op met provoceren en met nutteloze proefballonnetjes te lanceren, maar toon een beetje moed en zit met alle bevoegde overheden aan tafel om een oplossing uit te werken die realistisch, eerlijk en fair is.

dinsdag 7 februari 2017

Nieuwe afvaardigingen in intergemeentelijke samenwerkingsverbanden


Met het ontslag van fractieleider en gemeenteraadslid Koen Van Roey (CD&V) moest ook in zijn vervanging worden voorzien bij een aantal intergemeentelijke samenwerkingsverbanden (IGS).  René De Becker (CD&V) neemt zijn taken over bij Finilek, Iverlek, De Watergroep en IWVB (Brusselse waterintercommunale).  Schepen Kristien Goeminne (CD&V) zal het gemeentebestuur in de toekomst vertegenwoordigen bij Vivaqua.

Optimaliseren HST-fietsroute Kortenberg


Schepen van openbare werken Bart Nevens (N-VA) lichtte op de gemeenteraad het tracé van de HST-fietsroute door Kortenberg toe, dat was uitgetekend door studiebureau Macobo.  Dat tracé was eerder op een informatievergadering voor de directe omwonenden voorgesteld, waarop ook burgemeester Chris Taes (CD&V), bevoegd voor mobiliteit, en gedeputeerde Tom Dehaene (CD&V) van de provincie Vlaams-Brabant aanwezig waren.

Het is de bedoeling om de twee gevaarlijke ‘knikjes’ in de HST-fietsroute weg te werken aan de Kouterstraat en aan de Zavelstraat in Erps-Kwerps.  Nu moeten de fietsers daar nog scherpe bochten nemen en moeten ze telkens de drukke rijweg oversteken.  In de toekomst zal de fietsroute dwars door de spoorwegbrug gaan, zodat conflicten met het autoverkeer op de rijbaan voorkomen zullen worden.

Op dit ogenblik is er nog geen rechtstreeks fietstracé tussen de Everbergstraat/Noodbosweg en het station van Kortenberg. Fietsers moeten via de Everbergstraat omrijden via de Kwerpsebaan en de Engerstraat om zo tot aan het station van Kortenberg te geraken.  Het gemeente- en het provinciebestuur willen nu wél een rechtstreeks tracé aanleggen op dit gedeelte van de HST-fietsroute, zodat de doortocht sneller en veiliger kan verlopen.

Van de gelegenheid wordt ook gebruikgemaakt om de parking aan het station van Erps-Kwerps gevoelig uit te breiden en om aan het station van Kortenberg het maximale aantal parkeerplaatsen in te plannen.  De parkeerplaatsen voor chauffeurs met een beperking zullen in de toekomst korter bij de perronlift worden voorzien.

Een onafhankelijk onderhandelaar zal binnenkort bij alle aangelanden van het tracé langs gaan om te bekijken welke specifieke problemen nog moeten worden opgelost en om een akkoord te verkrijgen over grondafstand voor de realisatie van dit belangrijke fietsproject.  


Speciaal parkeervak bij hoofdingang administratief centrum


Bij huwelijken is de verkeerssituatie aan de ingang van het administratief centrum af en toe chaotisch.  De trouwers willen zo dicht mogelijk bij het gemeentehuis in- en uitstappen, maar tot nu toe was er nog geen specifieke parkeerplaats voor voorzien, zodat de ceremoniewagens vaak langdurig op de rijbaan bleven staan en op die manier het verkeer helemaal in de war stuurden op drukke zaterdagvoormiddagen.

Op voorstel van burgemeester Chris Taes (CD&V) keurde de gemeenteraad daarom een reglement goed, waarbij vlak aan de ingang van het administratief centrum een speciaal parkeervak wordt voorzien dat alleen door voertuigen mag worden gebruikt die hiervoor een specifieke vergunning hebben.

Het gaat dan over ceremoniewagens, gemeentediensten, postvoertuigen en ondernemers die door het gemeentebestuur zijn aangesteld om werken uit te voeren of diensten te leveren in het gemeentehuis zelf.

Wie op die speciale parkeerplaats staat zonder geldige vergunning, krijgt een boete van € 55.

Kortenbergs parkeerbeleidsplan goedgekeurd


Op voorstel van burgemeester Chris Taes (CD&V) keurde de gemeenteraad het parkeerbeleidsplan voor Kortenberg goed.  In dat parkeerbeleidsplan wordt niet alleen een visie ontwikkeld op de manier waarop een dichtbevolkte gemeente als Kortenberg best omgaat met parkeeruitdagingen, maar worden ook concrete oplossingen geformuleerd voor parkeerproblemen die al een hele tijd aanslepen.

Het parkeerbeleidsplan, dat door studiebureau Timenco werd opgesteld in nauw overleg met het gemeentebestuur, gaat uit van het principe dat de parkeerbehoefte in eerste instantie moet worden opgevangen op privaat domein.  Het is niet de taak van het gemeentebestuur om te voorzien in privé-parkeerbehoeften. Een stedenbouwkundige verordening moet daarom in de toekomst de parkeernormen bij nieuwbouw en bij verbouwingen verankeren.

Daarnaast blijft er parkeerruimte nodig in de openbare ruimte voor de inwoners en bezoekers van de dorpscentra en voor de werknemers van de bedrijven die er gevestigd zijn. Omdat de publieke ruimte schaars wordt en bescherming verdient, moet omzichtig worden omgesprongen met de invulling ervan. Niet alleen het aanbod van parkeerplaatsen, maar ook de concrete uitvoering van parkeerplaatsen verdient daarom de nodige aandacht.  In dat verband legt het parkeerbeleidsplan een duidelijke link naar het reeds vroeger goedgekeurde Beeldkwaliteitsplan, waarin de inrichtingsprincipes voor de openbare ruimte werden vastgelegd.

De parkeerbehoeften van verschillende doelgroepen werden onderzocht: bewoners, werknemers, winkelaars, bezoekers, pendelaars.  Er wordt aandacht besteed aan de verschillende vervoersmodi: fietsers, moto’s, auto’s (ook elektrische) en vrachtverkeer.

Monitoring wordt een belangrijk instrument: er zal niet langer ad hoc ingegaan worden op iedere individuele vraag, maar er zal gewerkt worden aan structurele oplossingen. Op die manier worden de beschikbare tijd, mensen en middelen efficiënt ingezet.

Ten slotte werd ook een negental concrete parkeerknelpunten in de gemeente in kaart gebracht en werden er oplossing voor geformuleerd.  Onder meer de parking op het Craenenplein, op het Dr. V. De Walsplein, in de Brouwerijstraat, op de Leuvensesteenweg en in de stationsomgevingen werden bestudeerd.

Het volledige parkeerbeleidsplan is online beschikbaar op de webstek van het gemeentebestuur van Kortenberg (www.kortenberg.be) onder de rubriek ‘mobiliteit’ en de subrubriek ‘mobiliteitsplannen’.

De methodiek die Kortenberg gebruikte bij het opstellen van het parkeerbeleidsplan is dermate origineel dat het gemeentebestuur reeds gevraagd werd een toelichting te komen geven op een studiedag van de provincie Vlaams-Brabant.

Belastingen op aanvragen/meldingen van stedenbouwkundige handelingen


In het kader van de nieuwe omgevingsvergunning gaf schepen van ruimtelijke ordening Bart Nevens (N-VA) toelichting bij de nieuwe tarieven voor de belasting op aanvragen voor en meldingen van stedenbouwkundige handelingen.

De gemeenteraad bepaalde de tarieven als volgt:

a) Dossiers waarvoor de gemeente vergunningverlenende overheid is:

1. Aanvraag eenvoudige procedure voor:

  • Stedenbouwkundige handelingen: 80 EUR;
  • IIOA (= ingedeelde inrichtingen of activiteiten) of gemengd project: 80 EUR;

2. Aanvraag gewone procedure voor:

  • Stedenbouwkundige handelingen: 160 EUR;
  • IIOA of gemengd project: 160 EUR;
     

3. Aanvraag tot verkavelen van gronden:

  • zonder wegenisaanleg: 80 EUR per bouwlot;
  • met wegenisaanleg: 160 EUR per bouwlot;
  • Bijstelling van de verkavelingsvergunning zonder nieuwe wegenisaanleg: 80 EUR per bouwlot;
  • Bijstelling van de verkavelingsvergunning met nieuwe wegenisaanleg: 80 EUR per bouwlot;
     

4. Melding van:

  • Stedenbouwkundige handelingen: 80 EUR;
  • IIOA of gemengd project: 80 EUR;
     

5. Mededeling met vraag tot omzetting van milieuvergunning naar permanente omgevingsvergunning: 80 EUR;

6. Omzetting omgevingsvergunning na klassenverhoging door wijziging van de indelingslijst: 80 EUR;

7. Aanvraag van een planologisch attest: 2.500 EUR

8. Aanvraag van een stedenbouwkundig attest: 80 EUR

b) Dossiers waarvoor de provincie of de Vlaamse overheid vergunningverlenende overheid is:

1. Aanvraag eenvoudige procedure voor:

  • Stedenbouwkundige handelingen:  80 EUR;
  • IIOA of gemengde aanvraag:  80 EUR;
     

2. Aanvraag gewone procedure voor:

  • Stedenbouwkundige handelingen 2.500 EUR;
  • IIOA of gemengd project: 2.500 EUR;
     

3. Aanvraag gewone procedure, onderworpen aan een milieueffectrapport of veiligheidsrapport, voor:

  • Stedenbouwkundige handelingen: 2.500 EUR;
  • IIOA of gemengd project: 2.500 EUR;


Nieuwe capaciteitsbepaling voor De Negensprong


De Negensprong, de gemeentelijke basisschool in deelgemeente Everberg, kreeg op voorstel van schepen van onderwijs Sabine Ledens (N-VA) een nieuwe capaciteitsbepaling.

In basisschool De Negensprong wordt op het niveau kleuteronderwijs de capaciteit per geboortejaar vastgesteld op maximum 25 leerlingen en op het niveau van de lagere school eveneens op maximum 25 leerlingen per leerjaar.

In totaal worden voor het kleuteronderwijs 4 geboortejaren voorzien (maximum 110 leerlingen) en voor de lagere school 6 leerjaren (maximum 150 leerlingen).

Vervanging van Koen Van Roey in verschillende commissies


Koen Van Roey (CD&V), die omwille van familiale en persoonlijke redenen ontslag nam als gemeenteraadslid en in januari 2017 werd opgevolgd door Maria Helsen-Adriaensen (CD&V), moest ook nog in diverse raadscommissies worden vervangen. 
Zijn opvolgster, Maria Helsen-Adriaensen, neemt gewoon de taken over als effectief lid van de raadscommissies financiën en jeugd, sport, cultuur en senioren en als plaatsvervangend lid in de raadscommissies ruimtelijke ordening, openbare werken, lokale economie en mobiliteit; sociaal beleid en leefmilieu en in de raadscommissie ad hoc, die o.m. de luchthavenproblematiek en de intergemeentelijke samenwerkingsverbanden (IGS) opvolgt.  Ook in de bibliotheekcommissie volgt Maria Helsen-Adriaensen haar voorganger op. 
De nieuwe CD&V-fractieleider, René De Becker, werd verkozen als voorzitter van deze raadscommissie ad hoc, eveneens in opvolging van Koen Van Roey.

woensdag 1 februari 2017

Een beetje ge-Trump-eerd


De nieuwe Amerikaanse president Donald J. Trump komt erg ‘stoer’ uit de hoek tijdens de eerste weken van zijn mandaat.  Hij laat zich weinig gelegen aan diplomatieke relaties, aan grondwet of aan bestaande afspraken.  Hij zet zijn verkiezingsbeloften onverdund om in ‘executive orders’.  Voor zijn achterban is dit ongetwijfeld een bewijs van rechtlijnigheid en kordaatheid.  Voor meer neutrale waarnemers geeft dit aanleiding tot grote zorgen over de toekomst van de Verenigde Staten, over de toon die de ‘leider van de vrije wereld’ zet op het vlak van mensenrechten en migratie en over de mogelijke verstoring van mondiale economische en handelsmechanismen.

Het is op zich al moeilijk te begrijpen dat een man die zijn verkiezing te danken heeft aan halve waarheden en hele leugens, aan manipulatie en tweedracht, aan haantjesgedrag en vulgaire praat, nu de machtigste man ter wereld is en dat hij die macht ook ten volle en autocratisch uitoefent.  Het is nog minder te begrijpen dat het hele politieke systeem van de Verenigde Staten – althans in deze eerste fase van het Trump-tijdperk – met grote ogen gebiologeerd kijkt naar dit uitzonderlijke fenomeen, maar er niet in slaagt om, met de nodige ‘checks and balances’, het evenwicht en de redelijkheid te herstellen.

De verklaring daarvoor vinden we wellicht deels in het feit dat Donald J. Trump verkozen werd (wat het aantal ‘kiesmannen’, niet wat het aantal stemmen betreft …) na een campagne die grotendeels buiten het klassieke partijensysteem om verliep en er ook vaak regelrecht tegenin ging.  Die campagne was zo succesrijk, net omdat ze inging tegen de ingewikkeldheid van de besluitvorming, tegen de nuance, tegen delicate evenwichten in het beleid, kortom: tegen het establishment.

Dat is merkwaardig, want Donald J. Trump kandideerde precies voor dé topfunctie van dat establishment, nl. het presidentschap van de Verenigde Staten van Amerika.  Nu hij zelf aan de knoppen van het bestuur zit, geeft hij nog steeds de indruk tegen het establishment te zijn dat hij zelf vertegenwoordigt.  Zo wordt hij tot een onmogelijke spagaat gedwongen: met het ene been zit hij vast in de retoriek van zijn verkiezingsbeloften en moet hij ‘snel’ en ‘doortastend’ handelen, terwijl hij met het andere been in de realiteit staat van een staatsapparaat dat bijzonder complexe processen moet sturen en beheersen rond economie, tewerkstelling, handelsrelaties, veiligheid, mensenrechten, milieu en sociale cohesie.

We moeten nog afwachten op welk been de nieuwe VS-president uiteindelijk zal steunen, maar in beide gevallen kunnen de gevolgen bijzonder desastreus zijn.  Indien hij vasthoudt aan zijn populistische retoriek, brengt hij zelfs op eerder korte termijn enkele fundamentele evenwichten binnen zijn land, maar ook binnen de mondiale gemeenschap in gevaar, wat tot erg onvoorspelbare reacties en gevolgen kan leiden.  Indien hij kiest voor een genuanceerde, doordachte en duurzame benadering van zijn beleid, zal hij de achterban die hij met populistische uitspraken en voorstellen heeft gelokt, fundamenteel ontgoochelen, waardoor ze in opstand zullen komen tegen het ‘nieuwe’ establishment en hun vertrouwen in politiek en beleid helemaal zullen verliezen.

Wat de nieuwe VS-president doet, is de populistische illusie wekken dat complexe, moeilijke problemen op een zeer eenvoudige manier kunnen worden opgelost.  Komen er te veel Mexicanen binnen?  Dan bouwen we toch gewoon een muur.  Worden er aanslagen gepleegd door moslimterroristen?  Dan komt er toch gewoon een inreisverbod voor een aantal landen.  Vinden we dat we te weinig exporteren?  Dan heffen we toch gewoon een pak meer belastingen op de import.  Bekennen verdachten niet snel genoeg?  Dan onderwerpen we hen toch gewoon aan waterboarding. Dat zal ze wel leren. 

Allemaal heel simpel.  Maar ook met ontzettend vele voetangels, omdat niet is nagedacht over de mogelijke consequenties en over de negatieve neveneffecten.  Toch zal dat de populist in Donald J. Trump niet stoppen.  Voor populisten is niet de realiteit de belangrijkste bekommernis, maar wel de perceptie.  Zo lang hun achterban blijft geloven dat ze goed bezig zijn, hebben de feiten geen enkel belang.  Het is niet toevallig dat de nieuwe woordvoerder van het Witte Huis op de eerste dag (!) van het presidentschap van Trump sprak over “alternative facts”, toen hij geconfronteerd werd met staalharde contradicties.  Indien de realiteit niet beantwoordt aan wat gezegd of gedacht wordt, dan pas je toch gewoon de realiteit aan …

Het kost weinig moeite om in te schatten dat een beleid dat losstaat van de realiteit gedoemd is te ontsporen en dat de realiteit de perceptie ooit wel inhaalt.  Maar wanneer en tegen welke prijs?

Sommige politici – en niet van de minsten – roepen op om niet ‘hysterisch’ te reageren tegen de regeerstijl van Trump.  Het klopt inderdaad dat sterke democratieën het vermogen moeten hebben om ontsporende macht opnieuw binnen de perken te dwingen.  Maar laat ons vooral toch niet te naïef zijn.  Als fundamentele mensenrechten met voeten worden getreden of als de elementaire principes van de rechtsstaat in het gedrang komen, mogen echte democraten niet zwijgen.  Dat zou schuldig verzuim zijn en de geschiedenis leert ons onveranderlijk dat stilletjes zwijgen niet helpt om de valse lokroep van het populisme te ontmaskeren.

Ook bij ons, In Europa, in België en in Vlaanderen wint het populisme veld.  Het wordt voor ernstige politici steeds moeilijker om aan een breed publiek uitgelegd te krijgen waarmee ze precies bezig zijn.  Dat is deels te wijten aan politici zelf die te weinig aandacht besteden aan heldere en transparante communicatie, ook wanneer het gaat om onsympathieke of niet-populaire boodschappen.  Complexe communicatie wordt er ook niet gemakkelijker op in een Twitter-tijdperk van ultrakorte, per definitie niet genuanceerde statements, waarbij het belangrijker lijkt of de mening knap en snedig geformuleerd wordt dan welke inhoud ze heeft.  In een cybergevecht tussen een oneliner en een uitgediepte argumentatie, wint de oneliner het.  Want het grote publiek wil vooral niet worden lastiggevallen met technische, procedurele en financiële aspecten die met complexe besluitvorming te maken hebben.  Het grote publiek wil horen dat ‘de politiek’ hen ‘begrijpt’ en dat de problemen die zich elke dag voordoen opgelost zijn of minstens opgelost worden.

Zowel de klassieke als de nieuwe media helpen ijverig mee om bij de berichtgeving over politieke besluitvorming in erg gesimplificeerde zwart/wit-tegenstellingen te rapporteren.  Zelfs programma’s die – zeldzaam als ze zijn – over de nodige tijd beschikken om een thematiek wat grondiger uit te diepen, geven de voorkeur aan debaters met een ‘geprononceerde’ mening, die dan geplaatst wordt tegenover debaters met een tegengestelde ‘geprononceerde’ mening, vanuit de redenering dat op die manier de problematiek duidelijk wordt voorgesteld en dat het publiek dan een ‘keuze’ kan maken.  Maar op die manier ligt de nadruk onveranderlijk op conflict, ruzie en polarisering.  In die omstandigheden moéten politici wel provoceren of iets spectaculairs aankondigen, want anders zijn ze niet interessant voor de kijker, de tablet-swiper of de luisteraar.  Terwijl de essentie van gedegen democratische besluitvorming precies is dat een gedachtewisseling uiteindelijk uitmondt in een zo breed mogelijk gedragen compromis dat rekening houdt met alle noodzakelijke nuances, gevoeligheden en belangen.  Emotionele polarisering is het wapen van de populist.  Empathische dialoog is het instrument van de democraat.

Indien we niet willen dat onze Vlaamse, Belgische, Europese politieke cultuur evolueert naar een Trump-scenario, moet veel sterker de nadruk worden gelegd op de gemeenschappelijke democratische, culturele, humanitaire en morele waarden die het fundament vormen van onze samenleving.  Dat vergt een grote inspanning.  Van politici, onderwijs en het middenveld.  Maar ook van ‘de mensen’ zelf.  Onze samenleving is globaal en mondiaal.  Daardoor is ze onnoemelijk complex.  Wie die samenleving als politicus mee wil besturen of als burger mee wil sturen, moet beseffen dat een democratisch systeem alleen kan werken wanneer de actoren bereid zijn zich grondig te informeren, met kennis van zaken mee te participeren, zorgvuldig na te denken over evenwichtige oplossingen en het eigen belang in zekere mate te laten wijken voor solidariteit en rechtvaardigheid ten aanzien van anderen.  Dat staat haaks op de minute-made opinies en op de minutieus getimede soundbites waartoe het inhoudelijke debat al te vaak herleid wordt.

Wie als burger vanuit de overheid alleen maar output voor individuele behoeften verwacht, maar niet bereid is materieel, sociaal en intellectueel in het democratische proces te investeren, holt de grondvesten van het systeem onverbiddelijk uit.

Misschien kunnen we met elkaar afspreken dat we voortaan bij beleidsdiscussies twee uitgangspunten zullen respecteren: respect voor de feitelijkheid én zin voor nuance en evenwicht.

Populisten krijgen alleen een kans in angstige samenlevingen die de redelijkheid en de (soms moeilijke) dialoog inwisselen voor de emotie en de irrationaliteit.  En die irrationaliteit leidt onvermijdelijk tot de teloorgang van cohesie en tot een degradatie van de samenleving.

Het is de kunst om te denken met ons hart en om te voelen met ons verstand.  Empathie, dossierkennis, een doordachte visie op mens en maatschappij, een open geest en de bereidheid om samen tot oplossingen te komen voor moeilijke problemen, dat is het tegengif tegen het simplistisch verbond van populisten, die uiteindelijk slechts in één project geïnteresseerd zijn: hun eigen glorie. 

We moeten ons geen illusies maken.  Ook onze Vlaamse, Belgische, Europese samenleving heeft zich al gedeeltelijk ge-Trump-eerd.  Laat ons ervoor zorgen dat we als samenleving kiezen voor emancipatie en menselijke vooruitgang en niet voor een terugkeer naar de politieke puberteit.